In veel arbeidsovereenkomsten staat een concurrentiebeding, vaak in combinatie met een relatiebeding. Hoewel deze bedingen juridisch gezien hetzelfde worden gekwalificeerd, is zorgvuldigheid van groot belang bij het opnemen van deze postcontractuele afspraken. In deze blog leggen we het verschil uit aan de hand van een recente uitspraak van de Rechtbank Rotterdam, die dit perfect illustreert.
Wat is een concurrentie- of relatiebeding?
Onder de noemer ‘postcontractuele bedingen’ nemen veel werkgevers afspraken op in hun arbeidsovereenkomsten. Met een concurrentiebeding mag een werknemer na einde dienstverband niet bij de (in het beding genoemde of omschreven) concurrentie gaan werken. In een relatiebeding worden beperkingen opgenomen ten aanzien van klanten, leveranciers of andere relaties. De verplichtingen kunnen heel concreet, maar ook vrij algemeen worden opgenomen.
Omdat een concurrentiebeding wordt gezien als vergaande inperking van een grondrecht, worden daaraan hoge eisen gesteld. Ditzelfde geldt voor een relatiebeding. Een dergelijk beding moet schriftelijk worden overeengekomen en ondertekend. In dit artikel leggen we uit aan welke eisen deze bedingen moeten voldoen. Conclusie: maatwerk is goud waard.
Hoe past de rechter een concurrentie- of relatiebeding toe?
Het opnemen van goede, duidelijke afspraken in de arbeidsovereenkomst is de eerste stap. Vervolgens komen we bij de fase waarin de afspraken van toepassing kunnen zijn. Zeker in de huidige arbeidsmarkt hebben veel werknemers de mogelijkheid om een overstap te maken naar een concurrent of relatie. Dan doet zich al snel de vraag voor of dat mag en wat de werkgever juridisch gezien kan om de werknemer aan de gemaakte afspraken te houden.
Als het goed is, is er een boetebeding gekoppeld aan het concurrentie- en/of relatiebeding. De werkgever kan de werknemer wijzen op overtreding van de afspraak en de boete opeisen. Als partijen dan onderling geen oplossing vinden, zal één van beide partijen naar de rechter moeten stappen. De werknemer kan dit doen, maar meestal zal de werkgever de rechter verzoeken de naleving van de afspraken op te leggen alsook betaling van de boete. De rechter zal dan moeten beoordelen of een rechtsgeldig beding is overeengekomen, of sprake is van een overtreding en welke gevolgen dat zal moeten hebben.
Kantonrechter in Rotterdam: niet elk relatiebeding is ook een concurrentiebeding.
In een recente uitspraak beoordeelt de kantonrechter in Rotterdam of sprake is van overtreding van een relatiebeding. Kort gezegd stond in dit beding dat de werkneemster geen zakelijke relatie mocht onderhouden met, of diensten/werkzaamheden mocht (doen) verlenen/verrichten voor zakelijke relaties van werkgever. Na beëindiging van de arbeidsovereenkomst treedt deze werkneemster in dienst bij een ander bedrijf. Partijen zijn het erover eens dat dit geen concurrent is, maar wel een zakelijke relatie in de zin van het beding. Werkgever stelt dat de indiensttreding valt onder de noemer ‘werkzaamheden verrichten voor een relatie’ en daarmee een overtreding van het relatiebeding. De rechter oordeelt anders. Het relatiebeding is hier bedoeld om de zakelijke samenwerking tussen werkgever en de relatie te beschermen. Die samenwerking wordt niet bedreigd door de indiensttreding door werknemer en ook overigens valt die indiensttreding niet te vangen in de bewoordingen van het concurrentie- en relatiebeding. De werknemer mag het nieuwe dienstverband dus voortzetten en werkgever kan geen boete innen. Had werkgever willen voorkomen dat werknemer in dienst zou treden bij (bepaalde) relaties, dan had dat duidelijk vooraf moeten zijn afgesproken en opgeschreven.
TIP: Wilt u voorkomen dat werknemers in dienst treden bij bepaalde leveranciers of klanten? Beperk uzelf dan niet tot het standaard concurrentie- en relatiebeding want dan loopt u het risico dat u de werknemer contractueel niets kunt maken.
Advies: kijk goed naar de tekst van het concurrentie- en relatiebeding
Hieruit blijkt dus maar weer het grote belang van maatwerk. Bedenk bij het opstellen van postcontractuele bedingen heel goed welke situaties moeten worden ondervangen. Pas de woordkeuze van de schriftelijke afspraken daar op aan. Grijp dus niet automatisch terug op de standaardbepalingen, maar lees zorgvuldig of er staat wat u wilt afspreken. Eén verkeerde komma kan een groot verschil maken. Indien gewenst denken we graag mee bij het opstellen, beoordelen of handhaven van uw postcontractuele afspraken.